top of page

Argumenteren:

ā€‹

Theorie:

Een mondeling of schriftelijk betoog bestaat in ieder geval uit een standpunt en argumenten. Een standpunt heeft betrekking op een onderwerp. Zo’n onderwerp kan bijvoorbeeld flexibele productieautomatisering zijn of roken in openbare ruimtes. Een standpunt ten opzicht van roken kan positief, negatief of neutraal zijn. Indien standpunten botsen, of er wordt getwijfeld aan een standpunt, ontstaat een verschil van mening. Een verschil van mening is opgelost als partijen standpunten gaan delen. Daarvoor is een argumentatieve discussie nodig.

Denken vanuit twee polen is de kurk waarop de democratie drijft en het is de basis van wetenschap. Argumenteren vanuit verschillende perspectieven leidt tot inzicht en nuancering. Het is de basis van onze beschaving en van onze vooruitgang.

Uiteraard is het verstandig een mondeling of schriftelijk betoog grondig voor te bereiden.  Handig daarbij is het zogenoemde Toulmin-model. Daarin zijn naast standpunt en argumenten ook ondersteunende rechtvaardigingen en concessies en voorbehouden opgenomen. Als je alle elementen in je betoog verwerkt kom je genuanceerder en overtuigender over.

ā€‹

ā€‹

ā€‹

ā€‹

ā€‹

ā€‹

ā€‹

Voorbeeld:

Standpunt: ik ben voor dat kinderen eerder hun rijbewijs mogen halen.

Argument: hierdoor kunnen ze meer ervaring opdoen onder begeleiding en zullen hierdoor minder snel ongelukken veroorzaken

Rechtvaardiging: onderzoek toont aan dat als kinderen eerder gaan lessen ze dan minder ongelukken veroorzaken.

Concessie: hoewel ze nog minderjarig zijn en nog niet aansprakelijk kunnen worden gehouden voor eventuele schade.

Voorbehoud: tenzij ze geestelijke en/of fysieke beperkingen hebben.

bottom of page